44e Internationale 100 km Dodentocht (DOTO) (09-10/08/2013)
De laatste 15 jaren verkondigde ik dat "op een dag" wel eens aan de Dodentocht ging meedoen. Veel blabla weliswaar, want ik had nooit het lef om me er deftig mee bezig te houden. Tot een van onze Zwindrechtse Oud-KSA (ZOK) leden besloot om hem te stappen, ten voordele van de bouw van ons nieuw lokaal. Ok, dan doen we wel mee. Van het oorspronkelijke groepje schoten er uiteindelijk nog 4 over: Filip Van Der Heyden (de eerste zot die met het idee afkwam), Hans Van Nespen (de tweede zot), Ward Rombaut (de derde zot) en mezelf (de vierde zot). We kregen goede steun van onze achterban, en de bevoorrading werd perfect verzorgd door Frederic De Wilde en Koen De Decker, zonder wiens hulp we waarschijnlijk de aankomst niet hadden bereikt.
Klik hier voor enkele foto's.
-10 weken (06/06, 10 km, Dublin, Ierland)
Wie zonder voorbereiding aan de Dodentocht begint, zal volgens mij nooit de
aankomst halen. En na veel gezaag links en rechts van "Begin maar al met te
stappen" moest ik dus ergens beginnen. 'k Zat voor m'n werk een paar dagen
in Dublin, en de laatste zonnige dag was er even tijd om de stad wat te
verkennen. In de hete zon dan maar op tocht gegaan. Op het einde moest ik me
nog stevig haasten want vliegtuigen wachten niet.
-10 weken (09/06, 12 km, Hageland)
Even een kort tochtje, onder het motto van "Ik moet minstens elk weekend
stappen". Het parcours leidde langs de buurt waar ik nog gewoond heb,
interessant hoe je plots dingen ziet die je daarvoor met de auto nooit zag.
-9 weken (16/06, 30 km, Opwijk, 23e Hoppetocht)
Mijn eerste tocht met onze groep; zonnig weer, afsluitend met een Affligem. De
website www.marching.be is iets handigs!
Ons staptempo is heel goed, we meten alles af aan "10 minuten per
kilometer", of zo'n 6 km/u gemiddeld. Stevig. Tocht gedaan met m'n gewone
schoenen, geen problemen.
-8 weken (23/06, 17 km, Bierbeek-Hoegaarden-Bierbeek)
Het ene weekend stap je een langere tocht, het andere een kortere. Regelmatig
stappen is wat telt, niet zozeer de grote afstanden. Deze keer was het een
tochtje alleen, met nieuwe schoenen. Alleen is saai, vooral als je veel bergop
en bergaf moet, het regent en waait, en je gezellig op modderige bospaadjes
mag wandelen.
-7 weken (30/06, 41 km, Terhagen, Piet Van Akentocht)
De tweede tocht met een beperktere groep. Waarschijnlijk hebben we op het
einde nog een pijltje gemist want we zaten ergens midden in een bos. Met wat
inschattingsvermogen dan toch de weg terug gevonden. Thuis gekomen, geen
blaren, geen stijfheid. Dat zag er goed uit.
-6 weken (06/07, 11 km, Lottum, Nederland, Rozenwandeling)
Kleine wandeling tijdens een vakantie. Het was wel heel warm, waardoor zelfs
deze korte afstand lastig aanvoelde.
-5 weken (13/07, 32 km, Grimbergen, 25e Abdijwandeling)
Dit was een belangrijk weekend: 2 lange tochten dag op dag na elkaar, zodat je
spieren geen week de tijd hebben om te ontspannen. Tochtje met een collega
gewandeld. Viel goed mee, geen problemen achteraf.
-5 weken (14/07, 25 km, Ninove, Kaffeegieterstocht)
De tweede lange wandeling, deze keer terug alleen. Ik voelde de tocht van de
dag ervoor nog in mijn voeten, maar het viel goed mee. Het is enkel enorm saai
om zo alleen tussen de velden te wandelen, met niemand in de buurt (er zijn
niet veel deelnemers aan de langere tochten). Op een van de controleposten
zaten we maar met een handvol mensen. En de laatste kilometers zijn er altijd
te veel aan. Het was een extreem warme, zonnige dag, wat het heel lastig
maakte. Op de voorlaatste controlepost ben ik een half uur blijven zitten om
te bekomen en door te drinken, anders was ik ergens te velde flauw gevallen.
2 weken niet gewandeld wegens koken op kamp.
-2 weken (02/08, 9 km, Wintam)
Mijn scanbadge gaan afhalen, Bornem dorp gezien. Kleine wandeling gemaakt
langs het parcours. Een groot verschil met de vorige tochten, waar je heel
veel op niet-geasfalteerde wegen liep. Straten voelen harder aan, waardoor je
een beetje meer last ondervindt. Positief is dat je wel iets sneller vooruit
gaat.
-1 week (06/08, 5 km, Kessel-Lo)
Belangrijk is dat je ook een nachttocht doet, zodat je weet hoe het voelt als
je lichaam spontaan de slaap verwacht en het niet krijgt. Wegens tijdsgebrek
dan maar een paar dagen voor de Dodentocht even 's avonds laat gaan wandelen.
Het was wel nog vrij warm weer. De terugtocht was rond half twee, toen het al
begon af te koelen. Zolang ik zweette, voelde ik de koude niet, en droeg ik
slechts een t-shirt. Een keuze die me later serieus het zuur zou opbreken.
Controlepost 1/16: Start (21u08, 0 km)
De laatste dagen had ik m'n ritme wat verlegd, 's avonds later gaan slapen, 's
ochtends om 9 à 10u opstaan. Rustig thuiswerken, in de namiddag m'n zak maken;
ik hoorde al vaker zeggen "Aan de voorbereiding zal het niet liggen".
Te voet naar de bushalte, met de bus naar het station, en dan van Leuven naar
Bornem sporen. Je ziet meer en meer mensen met rugzakjes en wandelschoenen,
een teken aan de wand. Na een kleine vertraging in Puurs kwam ik toe in
Bornem, vond m'n medewandelaars en gingen we zo'n uur op voorhand aan de start
zitten wachten. Het was enorm druk, ruim 11 000 wandelaars die allemaal door
de straten moeten. Om 21u vertrekt de massa mensen, en rond 21u08 gingen we
met onze groep slenterend door de eerste scanningzone.
Controlepost 2/16: Weert (22u21, 8 km)
Eerste controlepost bereikt, goed staptempo. Af en toe gingen we te snel tot
zo'n 7 km/u, maar we voelden dat direct aan en vertraagden terug tot onder de
6 km/u. Aan de controlepost pakten we een bekertje water (zo ziet dat er dus
uit als je allemaal tafels na elkaar zet met daarop duizenden bekertjes water)
en een energiedrankje, niet stoppen en direct doorstappen op naar de volgende.
Controlepost 3/16: Bornem (00u11, 18 km)
Het eerste deel was gewoon een lus rond Bornem, niet zo spectaculair. Het werd
donker wat niet zo'n probleem vormde. Sommige mensen hadden flikkerende
lampjes wat lastig was, maar het echt onnozele was dat je zowel voor als
achter je een paar duizend man had. En iedereen stapte in colonne door, goed
opletten dat je op niemands hielen trapte. En inhalen was nog moeilijker, want
dan moest je soms van de paadjes afwijken. Er vielen tussendoor ook een
handvol druppels, maar die stelden gelukkig niets voor. Na een extra uur
wandelen hebben we een paar minuten opzij gezeten om onze voeten wat rust te
gunnen.
Controlepost 4/16: Wintam (01u26, 25 km)
Voila, de helft van de helft zat erop. Viel goed mee, al voelde ik wel 2 paar
tenen tegen elkaar schuren, wat later dan ook de enige 2 kleine bleintjes gaf,
maar daar viel mee te leven. De sfeer in de hele streek was op de Dodentocht
afgestemd: het was precies overal kerstfeest. Kaarsjes, loeiharde slechte
muziek, gratis chips en koekjes (afblijven... enkel energiestuff opnemen),
drank, zatte mensen, ... Om de zoveel meter had een bewoner zijn garage en oprit
wel in een privédiscotheek omgetoverd, of zaten mensen onder dekentjes je aan
te gapen, te applaudisseren, en dies meer. En veel van de wandelaars zelf
hadden ook hun eigen muziek bij, die ze vanuit draagbare luidsprekers aan
iedereen lieten horen. Op dat moment hadden we dan ook het idee dat er voor de
Dodentocht eerst een selectieproef voor muzieksmaak moest gebeuren... bij een
aantal was het ronduit erbarmelijk.
Controlepost 5/16: Ruisbroek (02u47, 31 km)
En we stapten verder, nog steeds met ons groepje van vier. Niks speciaals te
melden. Feit is wel dat je nog altijd in een geweldig grote groep stapt...
da's wat minder aan de hele Dodentocht.
Controlepost 6/16: Breendonk (04u42, 40 km)
Onderweg naar 'Den Duvel' begon ik te merken dat mijn staptempo iets lager dan
de groep kwam te liggen. Sterker nog, op een gegeven moment moest ik iemand
een nummer doorsturen maar kon ik amper mijn GSM nog vasthouden. Even een paar
minuten opzij gaan zitten om te bekomen, terwijl de groep verder wandelde. Het
was alsof mijn eten in mijn keel zat, en ik kon de moed niet opbrengen om
extra te eten. Ergens dacht ik "Even snel overgeven, dan is dat lastig
gevoel wel weg", maar daar gaf ik gelukkig niet aan toe, want dan ben je
achteraf nog erger af. Ironisch dat ik tijdens al die kilometers
voorbereidingstochten nooit gedaan heb alsof het telkens de start van de
Dodentocht was... Van de drie noodzakelijke ingrediënten (voorbereiding,
kledij, eten) had ik er twee serieus zwaar onderschat: (1) het wordt vrij koud
en kil 's nachts, terwijl je nog steeds met enkel een hemdje aanloopt. Je
denkt wel dat je warm aanvoelt, maar in werkelijkheid ben je langzaamaan aan
het afkoelen. En (2) je verbrandt al je reserves als je niet continu eet. In
tegenstelling tot de vorige tochten moest ik er nu nog 60 km aanbreien, wat
niet zou gaan als ik geen energie meer had. Even mijn lief SMS-en... gedeelde
smart is zeker en vast dubbele smart, of hoe ging dat spreekwoord?
Ik kwam een paar minuten later dan de groep op de controlepost toe, ging zitten en begon oncontroleerbaar te bibberen van de kou. Geen energie meer hebben doet rare dingen met je lichaam en geest. Ik had een onderhemdje uit m'n rugzak gepakt, het opengelegd en er vervolgens een minuut naar gekeken, denkende van "Hmm ik moet dat aankrijgen... nu het nog doen". Uiteindelijk lukte het om extra lagen aan te trekken, waarna ik het advies kreeg om direct (!) en veel (!) te eten. Druivensuiker, een paar koppen soep, een handvol boterhammen, een suikerwafel, een energiereep en -drankje en ik kon weer vertrekken. Naar 't schijnt zag ik er vrij wit uit. Met al mijn gebibber zal ik niet ver van kritieke onderkoeling gezeten hebben... 'k Heb geluk gehad dat ik me er kon door trekken. Op deze controlepost hebben we lang gewacht, en mocht de rest van onze groep er niet geweest zijn, dan was de kans er dat het hier wel eens kon stoppen voor mij.
Controlepost 7/16: Steenhuffel (07u38, 50 km)
Halfweg! De Palm. We kwamen in groep toe. Hier kregen we onze warme maaltijd:
ik koos voor spaghetti en rijst. Geen bolognaise... het risico op "Dixie
forever" was te groot. Je zag hier en daar al mensen op de banken voor
opgevers zitten... dat sterkte je alleen maar om verder te gaan. Men zegt wel
eens dat de Dodentocht hier pas begint, en op dat moment begon ik te begrijpen
waarom. De vorige tussentochten namen enkel in lengte toe: eerst 6 km, dan 8
km, en tot slot 10 km. Het werd zwaarder en zwaarder, maar naar mijn gevoel
nog doenbaar. Mijn spieren deden geen pijn, mijn voeten 'voelde' ik gewoon.
Maar de zinloosheid van het hele ding begon prominent in mijn gedachten rond
te zweven. En dan te weten dat er nog eens 50 km zouden volgen. Hoi piepeloi!
Gelukkig werd het licht, wat ik serieus apprecieerde. En de zon kwam naar mijn
gevoel in een turbotempo op. Ik ben niet zeker, maar ik denk dat ik hier mijn
wandelsokken ververst heb. Een zalig gevoel!
Controlepost 8/16: Peizegem (09u16, 55 km)
Ik kwam een drietal minuten later dan mijn groep op de controlepost toe. Niks
speciaals te melden. Tenzij: het werd enorm saai, onnozel, zinloos,
belachelijk, ronduit stom. Met dat gevoel stapte ik verder.
Controlepost 9/16: Buggenhout (10u53, 61 km)
Hier begon onze groep uit elkaar te vallen, met een handvol minuten er telkens
tussen. In dit gebied van de Dodentocht woont een deel van mijn familie. Ik
hoorde hoe een uit-steun-meestappende oude man tegen zijn deelnemende dochter
sprak hoe hij vroeger naar Buggenhoutbos op schooluitstap ging. En zo volgend
nog tien andere weetjes. Er liepen ook eens een paar luide Duitsers achter me,
zingen, tetteren, roepen, ... en die mannen stapten toch wel hetzelfde tempo
als mij zeker. Telkens je op een controlepost aankomt en met je badge door een
scanningtent loopt, ontstaat er een gevoel van blijdschap. Op dit moment in de
tocht vond ik het 'hard'. Een deel van m'n achterban begon actief te SMS-en,
en mijn antwoord was dan ook meestal hetzelfde "Fucking hell, het is hard".
Nog meer mensen die ik niet mocht teleurstellen. Op deze controlepost heb ik
langer dan normaal gewacht. Hier begon zich een nieuw probleem te stellen:
vermoeidheid. Ik had zin om te slapen. Even opzij zitten, dat ging nog. Maar
ik moest vechten om m'n ogen niet dicht te doen. Uiteindelijk m'n moed bijeen
geraapt, opgestaan, en doorgewandeld. Fucking hell, waar zijn we mee bezig?
Onderweg weg naar de volgende controlepost kwam ik onze bevoorrading tegen.
Koen DD gaf me een Nalu en een stuk appelsien. Hop hop hop, vooral die Nalu
werkte goed. Terug fris, monter en wakker en gaan maar. Doorstappen naar de
volgende! Op het einde van dit stuk kwam Frederic DW ook even meewandelen, dat
hielp de saaiheid tegen te gaan.
Controlepost 10/16: Opdorp (12u33, 67 km)
Bij de aankomst hier ging het nog redelijk goed. 't Is te zeggen: mijn lichaam
was in orde, ik was moe maar dat viel mee. Mijn voeten voelden wat lastig,
maar geen bleinen. Ik heb altijd gewoon rechtop, normaal blijven wandelen; als
je dat niet doet dan is de kans op bleinen, scheeflopen en spierpijn veel
groter. Mentaal kwam ik mezelf niet tegen, nochtans werd dat op bepaalde
reclameborden langs de weg wel beweerd. De 60-kilometers waren naar mijn
gevoel de lastigste. Ze zijn noch vis noch vlees. Het is weliswaar al 2/3e van
de totale afstand, maar toch. Het is vooral onnozel. En het was dan ook zaak
om zo snel mogelijk de 70 kilometer te bereiken. Al was het maar omdat ik de
60 zo beu was. Als ik zo rond mij keek dan ging het me nog vrij goed af: ik
kon redelijk snel doorstappen (rond de 5 km/u), het enige wat je gemiddelde
verlaagt zijn de sanitaire stops (het gevolg van isotone dranken) en even
uitblazen op de controleposten. Per tochtje haalde ik mensen in, stond een
keer of 2 à 3 opzij waarbij ze mij terug voorbij liepen en het spel opnieuw
kon beginnen. Vooral op de smallere wegen was dat was lastiger, zeker als er
nog ondersteunende mensen met fietsen rondlopen (en soms met twee naast
elkaar, da's helemaal belemmerend). Oh ja, plots begon ik last van schurende
billen te krijgen, en serieus last. Maar bon, vermits dat het enige was dat
echt pijn deed, viel het al bij al nog mee.
Controlepost 11/16: Lippelo (14u08, 74 km)
Op het einde van de weg naar deze post kwamen Katrien DD en Nieke DB me
tegemoet. Eindelijk de grens van de 70 km bereikt. Het duurde wel lang; op
kaart dacht ik dat ik er al was, maar dan bleek dat er nog wat dorpsstraatjes
moesten doorwandeld worden, en elk straatje is er een teveel als je verwacht
om binnen de 10 meter een scanningtent te zien. Bij aankomst vroeg ik een
nieuw paar wandelsokken. Ik had eerst de verkeerde meegekregen, waardoor ik
nog een paar minuten extra moest wachten. Ik kloeg niet, mijn lief Katrien VL
was erbij. Billen intalken, rustig neerzitten en even mijn voeten voelen
tintelen.
Controlepost 12/16: Puurs (16u06, 81 km)
Oef. We hebben de 80 bereikt. Katrien DD en Nieke DB liepen dit tochtje
volledig mee, wat wel een goede steun betekende. Ik voelde wel hoe de
vermoeidheid terug haar intrede deed. Op het einde van deze tocht kreeg ik van
Koen DD nog een Nalu om verder te gaan. Al was het misschien maar een placebo-effect,
het werkte wel.
Controlepost 13/16: Oppuurs (17u12, 85 km)
Deze controlepost was niet veel soeps. Koen DD liet me duidelijk verstaan dat
ik gewoon door moest wandelen... zo gezegd, zo gedaan. We hebben er net 5
kilometer opzitten, dan zullen er nog wel 5 bijkunnen. Nieke DB liep even mee,
daarna liep ik een stukje alleen, en voor het laatste deel kwam Frederic DW me
tegemoet. Een goeie ploegleider, dat maakte ons sterk! Jammer genoeg heb ik
hier mijn lief mislopen... geen nood, ze zou 2 posten verder op me wachten.
Controlepost 14/16: Sint-Amands (18u10, 90 km)
Frederic DW wandelde met me mee naar deze controlepost. Doordat ik op de
vorige niet stopte, registreerde het systeem m'n echt wandeltempo: 5,3 km/u...
Niet slecht als ik zag hoe sommigen rond mij begonnen te strompelen en manken.
Binnengekomen (oef, scanningtent gepasseerd) pakte ik een stuk appelcake en
water. Even 15 minuten getimed op een stoel zitten en rusten. Het was nodig.
Ik had net daarvoor 10 km zonder stoppen gewandeld, en dat voel je. Niet in je
voeten, niet in je benen, niet in je spieren, enkel in je geest. Niet van
uitputting of vermoeidheid, maar eerder van "Het duurt te lang, het mag
stillekesaan gaan stoppen". Vlak daarna valt het besef dat je toch nog twee
uren moet wandelen, maar daar is niets aan te doen... gewoon het doen!
Controlepost 15/16: Branst (19u35, 95 km)
Bij aankomst in Branst gaf Frederic DW me 10 minuten rust, daarna moest ik
onherroepelijk terug de been op. Er was marge, er was reserve, maar toch, zo
dicht bij de aankomst moet je gewoon doorzetten. Onderweg kwam ik nog een
ergerlijke discobar langs de weg tegen. Ze was al van ver af te horen, en in
plaats van muziek te spelen (sowieso foute) zat de DJ heel de tijd onzin te
balken. Ik stak m'n vingers in m'n oren toen ik er voorbij liep, waarop hij
zei "Oh het staat te luid?" en ik spontaan repliceerde "Neen ge
praat teveel". Boenk, daar wist hij even niet wat op te zeggen. Life goes
on, op naar de aankomst.
Controlepost 16/16: Aankomst (20u57, 100 km)
De laatste 5 kilometer waren vrij dom. Je ziet plots een bord "5" staan en dan
denk je "Oh leuk", maar een paar minuten wandelen later denk je
"Zeg, wanneer komt dat van 4?" en ga zo maar door. En ik kende m'n
tempo, slenterde of mankte nooit, kon het perfect aanhouden, maar dat
betekende ook dat je een uur moet stappen om die afstand af te leggen. En
vooral het besef dat het nog een uur duurt is lastig. De tijd gaat traag, dat
is zowat het meest opvallendste voor mij aan de Dodentocht. Geen echte
bleinen, geen echte spierpijnen, geen bizar mentale momenten, niets van dat
alles kreeg ik. Wel het besef dat wandelen een enorm traag iets is. En vooral
niet lineair: het is niet omdat je de 40 haalt, dat je de 80 haalt. En het is
niet omdat je de 80 haalt, dat je de 100 haalt. Pas de laatste 2 kilometer kon
ik de Dodentocht aanvaarden, of beter gezegd: ik aanvaardde dat ik nog 2
kilometer moest stappen.
Op een gegeven moment wandel je door het stratencircuit van Bornem, volledig afgezet met nadarhekkens, terwijl mensen links en rechts van je spontaan beginnen klappen. Ik heb in mijn leven nog nooit zoveel naar mensen geknipoogd en gelachen, het had wel iets. Bij de aankomst was er een beetje chaos. Je hoort langs alle kanten geroep, overal mensen, mijn lief was er! En hoe sympathiek dat ook is, op dat moment wou ik maar één ding: mijn badge laten scannen en afvlaggen. Twee seconden later rolt een diploma uit een printer, geven ze je een zakje, en plots sta je daar in 't midden van een tent compleet alleen met je emoties. Door de uitgang gaan, wat doelloos rondkijken tot een van je vrienden je aanklampt en je terug naar de groep begeleidt. Hopla, van de 11 157 starters hebben er 6 932 de aankomst gehaald (zo'n 62%), waaronder ik. En ik had eerlijk gezegd niet bewust de indruk dat ik slechts een tiental minuten op overschat had... no stress, alles komt altijd in orde!
Een uur later iedereen bij elkaar, auto's zoeken, nog een lastig kort wandelingetje naar het station, thuis afgezet en in mijn bed gelegd door Katrien VL en slapen tot de dag erop. Geen bleinen onder de voeten, geen extreme spierpijnen, wel honger in frieten met curryworsten. Ik denk niet dat ik dit ooit nog eens doe.